Luisterlijsten
13 | Straatrap en protestmuziek in de gepolariseerde 21e eeuw
Raymzter, ‘Kutmarokkanen?!’ (2002)
‘Kutmarokkanen??!’ van de Marokkaans-Nederlandse rapper Raymzter daagde tot en met de titel de gevestigde
macht uit, maar wist tegelijkertijd op te klimmen tot de toppositie van de hitlijsten in november 2002. Raymzter bracht het juiste geluid op het juiste moment: geëngageerd als de Osdorp Posse, met de flow en de klankrijkheid van de beste liedjes van Extince. Dit was de eerste antiracistische hiphophit van Nederland, een vurig verzet tegen de stigmatisering van Marokkaanse Nederlanders in een publiek debat dat steeds verder aan het verharden was.
THC, ‘Wil je weten hoe het voelt’ (2004)
Rapcrew THC was een van de eerste straatrapgroepen in Nederland die bredere bekendheid kreeg. Tracks als ‘Wil je weten hoe het voelt’ beloofden een inkijkje te geven in de harde onderwereld van ‘buitenlanders’, zoals ze in het nummer genoemd werden: een wereld van drugsverslaafden, van jongeren die niet gezien werden door de politiek en etnisch geprofileerd werden door de politie.
Theo Maassen, ‘Doodsbedreiging’ (2004)
Cabaretier Theo Maassen, een fervent verdediger van de vrijheid van meningsuiting, maakte met ‘Doodsbedreiging’ een half komische, half serieuze dissrap waarin hij het opnam voor DHC. Deze groep stond terecht vanwege de ‘Hirsi Ali diss’, een track waarin doodsbedreigingen werden geuit aan VVD-politica Ayaan Hirsi Ali. De allerlaatste regels van Maassens liedje bevatten nog een ironisch speldenprikje: ‘en spreek me nou niet tegen, lul, want dat pik ik niet / dan is de loop van m’n revolver het laatste wat je ziet.’ Dat er brede media-aandacht ontstond voor ‘Doodsbedreiging’, maar dat er geen moment sprake was van vervolging zoals bij DHC, zou een bewijs zijn van het meten met twee maten.
Spinvis, ‘Het mes van God’ (2005)
‘Het mes van God’ is een van de zeldzame protestsongs waarvan niemand de muziek kent, behalve de artiest zelf. Spinvis – een goede bekende van Theo van Gogh – schreef ‘Het mes van God’ voor een feestelijke avond om vierhonderd jaar betrekkingen tussen Nederland en Marokko te vieren. Hij mocht het niet uitvoeren, omdat de poëtische tekst die van tevoren uitlekte werd beschouwd als te aanstootgevend voor Marokkaanse gasten. Er zit namelijk een moeilijk te missen verwijzing naar de moord op Van Gogh in: ‘Daar zijn wij / in het oude huis / over duizend jaar / in de oude zee / duizend jaar ligt / het laatste woord / en diep onder het / oude zand ligt / het mes van God.’ Interessant is dat de tekst juist verzoenend bedoeld lijkt – het mes is letterlijk begraven – maar toch als (te) provocatief werd beschouwd.
Hans Teeuwen, ‘Het vrije woord’ (2007)
Hans Teeuwen zong dit carnavalsliedje a capella bij de onthulling van De Schreeuw, een standbeeld ter ere van zijn vriend Theo van Gogh. Het is een dubbelzinnig loflied op het vrije woord: enerzijds neemt Teeuwen de volledige vrijheid om in het voetspoor van Van Gogh het vrije woord te beoefenen (onder meer door vrijelijk over ‘geitenneukers’ en ‘christenhonden’ te zingen), anderzijds suggereert hij dat je maar beter ‘bereid kunt zijn om af te slanken’ als je je vrije meningsuiting niet met de dood wilt bekopen. Dat laatste is uiteraard een verwijzing naar Van Goghs corpulentie. Het spreekt voor zich dat Teeuwen daarmee juist het idee wil ontmaskeren dat Van Gogh het ‘allemaal aan zichzelf te danken zou hebben’.
Appa ft. Sjaak, ‘Ik heb schijt’ (2007)
Appa en Sjaak maakten met dit nummer een van de vuigste en opzwependste Nederlandse protestsongs ooit: één grote middelvinger naar het systeem, met korrelige beelden waarin gebouwen in elkaar worden geramd en ook mensen voor geweld te vrezen hebben. De woordenstroom van Appa contrasteert scherp met Sjaaks relaxte flow.
Salah Edin, Nederlands grootste nachtmerrie (2007)
Een provocatief album met een cover waarop Salah Edin poseert als Mohammed B., en met een controversieel nummer erop als ‘Het land van’, een harde reactie op Lange Frans en Baas B’s gelijknamige nummer. Over de gesubsidieerde clip kwamen Kamervragen, omdat die opnieuw hintte naar moslimextremisme. In 2017 verbaasde Abid Tounssi – de echte naam achter het alias Salah Edin – vriend en vijand door spokenwordtracks uit te brengen waarin hij excuses aanbood voor zijn opruiende werk van tien jaar eerder.
Gikkels, ‘Doofpot’ (2009)
Gikkels reageerde met ‘Doofpot’ op uitspraken van Amsterdamse gezagsdragers die de Bijlmer een ‘primitieve holbewonerscultuur’ toeschreven. Gikkels pakte deze ideeën aan in ‘Doofpot’: ‘laat ons maar de zondebok zijn voor jullie puin / ben praktisch geboren en getogen in de B / praktisch opgevoed met geweld, junks en drugs / open voor discussies, maar wees bewust van wat je zegt / ons holbewoners noemen zorgt voor een negatief effect’. Hij richtte kort daarna ook een politieke partij op, Bijlmer Style, maar haalde net de gemeenteraad niet.
Ismo, ‘#Eenmans’ (2015)
Ismo’s ‘#Eenmans’ was een van de vele tracks uit de straatrap die controversieel werden, in dit geval vanwege de homofobe en antisemitische regels in het nummer. In dit vroege nummer verklaart Ismo zichzelf tot een volstrekte eenling die de wereld zijn waarheid komt verkondigen.
Braz featuring MocroManiac, Fresku, Pietju Bell & Killer Kamal, ‘Testosteronbommen’ (2016)
Deze track was een reactie op Geert Wilders’ uitspraak dat niet-westerse vluchtelingen als ‘testosteronbommen’ een bedreiging voor Nederland zouden zijn. De rappers identificeren zich op woeste wijze met dat overgeseksualiseerde stereotype. Killer Kamal – het nieuwe alias van de controversiële komisch-activistische rapper Kamal – spant daarbij qua agressie wel de kroon.
Lijpe, ‘Vergeet de buurt nooit’ (2018)
Rapper Lijpe komt uit Maarssen: op het eerste gezicht niet de gevaarlijkste hood van het land, maar toch zijn er weinig rappers die zo geloofwaardig het leven van de straat lijken te belichamen als hij. Hij wierp zich op als mentor van jonge kinderen die het zelf moeten zien te rooien op straat. ‘Vergeet de buurt nooit’ is daar een mooi voorbeeld van: ‘Hersenloos wanneer je broke bent / omdat je stilstaat en jongens in de coke kent / je kan het maken, jongen wie de fuck je ook bent / dus onderschat niemand, je bent alles als je groot denkt.’